vrijdag 25 mei 2012


Mei 22, Cache Creek
Vandaag Vancouver achter ons gelaten; het waren enerverende dagen. Na Stan en Anna hebben we Joe en Bernice bezocht. En Claudia was aanwezig als speciale gast. J&B hebben we de laatste maanden een paar keer in Palm Springs ontmoet, maar Claudia in geen jaren! Heerlijk gegeten, Joe’s beroemde steaks, en gezellig bij gekletst. Dan vliegt de tijd!
De volgende dag vroeg op weg naar de Capilano brug. Die brug is voor veel familieleden een belangrijk doel geweest. Onze grootouders en ouders mochten er graag naar toe gaan. Na de crematie is daar ook de as van Opa uitgestrooid, hij is tijdens de vakantie in Canada in Vancouver overleden. Het leek ons een goede gedachte een gedeelte van de as van Gerards ouders daar ook uit te strooien. En dat hebben we gedaan: het was nu gelukkig goed weer en het geheel gaf een goed gevoel.
as uitstrooiing  op de Capilano brug
Mei 23, Wells Gray PP
Na een overnachting op een historische ranch, een historische verzameling oudroest, ging de reis via Kamloops naar Wells Gray PP. Onderweg veel dooie bomen, weinig boeiend. Maar het PP (provincial park) mag er zijn. Vooral bekend om zijn watervallen. De mooiste vonden we de Helmcken Falls, het water gaat daar 137 m de diepte in. En als je er op het goede tijdstip bent, zie je de regenboog. Wij waren op de goede tijd. Onderweg naar de camping zien we een bruine Black Bear, nummer 7 alweer! We rijden zachtjes met hem mee, zien dat ie schijt en zich de rug krabt aan een boompje. Echt leuk om te zien. ’s Avonds brandt het kampvuur!
Helmcken Falls
Mei 24, Jasper
Vandaag een dag met een enkel hoogtepunt: we zien een beer met twee cubs en van heel dichtbij een paar mannetjes Elk. Geweldig om die beesten zo in de natuur te zien rondscharrelen! Voor de rest was het een lange rit door een dal met af en toe een mooi uitzicht op snowcapmountains, maar vooral heel veel dooie bomen. Er tekent zich een ecologische ramp af in dit gedeelte van Canada.7 miljoen hectare is aangetast door de mountain pine beetle! En het breidt zich nog steeds uit. Het bos wat nog niet is aangetast ziet er ook niet echt gezond uit:  veel te dunne boompjes, te dicht op elkaar en daardoor erg kwetsbaar voor deze beetles. Bij het visitorcenter gelegen voor de hoogste berg van BC, de Mount Robson doen we navraag. We krijgen een foldertje waarin dit probleem besproken wordt. Het is allemaal een natuurlijk probleem. Dat de mens daar een rol in heeft, wordt niet genoemd. We hebben stukjes oerbos gezien op Vancouver Island met bomen van 800 jaar oud en geen last van de beetles. Volgens mij heeft men in het verleden alles weggekapt, humuslaag is weggespoeld, en de nieuwe boompjes moet het doen met heel karige grond. Geen wonder dat ze bevattelijk worden voor ziekten. Jammer.
Elk
Nadat we Jasper, een gezellig stadje met een leuke kern en vooral een heerlijke ijssalon waar de ijcoboer de stukken chocolade, de siroop en stukjes noot over het ijs strooide en toen mixte en in een heerlijk wafelschaaltje deed, bekeken hadden, zochten we de camping op. Je merkt dat je hier in een toeristisch gebied bent: een simpele camping in het bos, 751 plaatsen en 6 douches, geen stroom maar wel een rekening van $27! De entree voor het Jasper NP kost $19,60 per dag. Nu we het toch over prijzen hebben; de Provincial Parks kosten ongeveer $16 per dag. Als je een 65+  inwoner van BC bent betaal je de helft! Wat ons opvalt is dat overal in Vancouver stad de benzineprijs tot op de tiende cent gelijk is en tot wel 20 cent de liter duurder dan in een gebied 100 km verder, waar je ook weer overal precies dezelfde prijs betaald. Geen concurrentie dus, maar nog wel ongeveer de helft van de prijs in Nederland!
Na twee regendagen in Vancouver, is het weer weer goed opgeknapt. Geen hoge temperaturen, de korte boks blijft nog in de kast, maar dat is logisch want we zitten behoorlijk noordelijk en op een hoogte van ongeveer 1000 m. Tete Jaune Cache is het noordelijkste plaatsje van onze totale reis, vanaf nu gaat het zuidelijk en naar het oosten. Vandaag de bevestiging gekregen van Seabridge dat we de camper op 26 juli in Halifax kunnen afleveren en dezelfde dag terug vliegen naar Nederland waar we dan op 27 juli om 10.00 uur aankomen. Onze plannen om een Alaska Cruise te maken hebben we niet doorgezet omdat de weersvooruitzichten dermate slecht waren dat we dat jammer van de tijd en het geld vonden. En om nog helemaal naar Alaska te tuffen, ontbreekt ons de tijd en de zin. Wil je wat zien, doe je er zo 8 weken over en die tijd hebben we niet meer. Kilometers maken we sowieso wel: de teller staat al bijna op dertigduizend!
Mei 25, Calgary






Twintig jaar geleden waren we enthousiast over de Canadian Isefields Parkway, nu eigenlijk nog meer! Fantastische weg van Jasper naar Banff door een dal op een hoogte van ongeveer 1300 meter met aan weerszijden machtige bergen. Nu nog grotendeels met sneeuw en ijs bedekt. Prachtige watervallen, schitterende uitzichten! Met de camper konden we tot aan de Atabasca gletsjer rijden, leuk. Minder leuk was dat het karakteristieke rode houten hotel, waar we 20 jaar gelden overnachtten, is afgebroken. Wel een mooie nieuwe voor terug gekomen, maar toch… Er zijn heel wat huurcampers onderweg, ook ontmoeten we een aantal Nederlanders met camper. Het seizoen is dus begonnen. De “berenteller” staat inmiddels op 13. De Elk zien we ook geregeld, gisteren van heel dichtbij, maar die tellen we niet meer. Het zijn wel prachtige beesten, erg groot, om te zien. Lake Louis lag nog grotendeels onder het ijs. Banff is een mooi stadje, echt wintersport. Daarna de snelweg naar Calgary genomen. Al snel verdwijnen de bergen om plaats te maken voor een glooiend landschap met weides die net groen beginnen te worden; de winter is hier nog maar net voorbij. We landen op een Passport America camping die geen leden meer accepteert, de zoveelste.  
Lake Louise


Geen opmerkingen:

Een reactie posten